
Mijn dieptepunten
In deze blog wil ik een aantal van mijn dieptepunten delen. Niet om zielig te doen. Niet om medelijden op te wekken. Ik wil je waarschuwen en hopelijk voorkomen dat het bij jou zo ver komt dat je niet meer kunt doen wat je graag wilt doen, of dat je je eigen herstel saboteert. Als ik terugdenk aan mijn dieptepunten, realiseer ik me dat ik echt niet door had hoe ziek ik was. Ik dacht dat het met mij wel meeviel en dat ik nog lang niet dun genoeg was. De werkelijkheid was anders.
Dood
Ik ben regelmatig gewaarschuwd door familie en vrienden dat ik dood zou gaan als ik door zou gaan op de ingeslagen weg. Ik wuifde en lachte hun zorgen weg. Dood? Ik? Dat zou mij niet gebeuren. Daarvoor was ik te sterk. Ondertussen namen mijn krachten af, werd ik steeds vermoeider en kon ik steeds minder. Maar ook dat zag ik niet, waarschijnlijk omdat het aftakelingsproces zo geleidelijk aan verliep. Ik wil je vragen om eens stil te staan bij hoe het nu werkelijk met je gaat. Of om na te denken bij hoe slecht je eraan toe bent of was. Neem jezelf serieus en neem, wat de mensen om je heen je zeggen, serieus. Ze zeggen niet voor niets dat het niet goed met je gaat. Ook al zie of voel je het zelf niet, diep vanbinnen weet je dat het zo niet langer kan.
Dieptepunten
Terwijl ik nadenk over mijn dieptepunten, betrap ik mezelf erop dat ik deze al snel bestempel als ‘niet ernstig’ genoeg. Onzin natuurlijk, want voor míj waren het dieptepunten. Momenten waarop ik me realiseerde dat het echt niet goed met me ging. Het is erg en confronterend om me te realiseren dat ik steeds een zo ‘goed’ mogelijke anorect wilde zijn. Eentje die op het randje van de dood balanceerde. Maar, toen het eenmaal zover was, geloofde ik niet dát het zo was. Een vreemde gewaarwording als ik hier zo op terugkijk. Hieronder heb ik een aantal van mijn dieptepunten opgeschreven. Mogelijk herken je er een of meerdere van?
De keer dat ik in de woonkamer op de bank lag en voelde dat ik niet meer overeind kon komen. Mijn lijf wilde en kon niets meer. Ik heb mijn man, die op dat moment boven was, moeten bellen om te vragen of hij me naar mijn bed kon helpen.
De keren dat ik boodschappen deed en een medewerker van de supermarkt moest vragen om mijn boodschappen in de auto te zetten. Ik had niet voldoende kracht in mijn armen om de boodschappen uit het wagentje te tillen.
De keer dat ik in het ziekenhuis lag en heel nodig moest plassen, maar dat mijn benen dienst weigerden. Toen ik bijna in mijn broek plaste, besloot ik toch om hulp te vragen aan een verpleegkundige.
De keer dat ik met een sonde in de stad liep en iemand van een vereniging waar ik lid van was geweest me vroeg hoe het met me ging en ik zo blij mogelijk ‘goed’ zei. Ze reageerde: ‘Zo ziet het er anders niet uit’.
De keer dat mijn hartslag zo laag was, dat ik bang was dat ik dood zou gaan.
De keer dat ik mijn therapeute moest vragen om mijn handen vast te pakken en me uit de stoel omhoog te krijgen, omdat mijn lijf niet meewerkte. De tijd was om, maar ik kon niet opstaan.
De keer dat mijn man mijn verjaardagscadeau eerder gaf, omdat hij bang was dat ik mijn verjaardag niet zou halen.
Het risico van het opschrijven van mijn dieptepunten, is dat jij nu mogelijk denkt: ‘Met mij valt het wel mee!’ of ‘Met mij gaat het eigenlijk best goed.’ Het feit dat je dit denkt, zegt genoeg. Het valt níet mee. Je hebt anorexia en bent aan het overleven.
Uit het dal
Ik ben gelukkig uit het dal. Mijn dieptepunten waren niet zozeer mijn omslagpunten. Iets wat wel vaak wordt gedacht: dat een situatie hét kantelpunt vormt. Voor mij was het een combinatie van factoren. Ik wilde er zo graag werkelijk voor mijn gezin zijn, en niet steeds moeten slapen om weer een deel van de dag vol te houden en door te komen. Ik wilde zo graag weer kunnen schrijven. Dit lukte namelijk niet goed meer door de brainfog. Ik wilde van overleven naar leven. Dit lukt me ook, vooral door meer te gaan eten en te blijven praten over wat dit met me doet, welke gedachten me bezighouden en hoe ik me voel. Het klinkt eenvoudig, maar dat is het allerminst. Het is elke dag weer een gevecht. Soms een ‘kussengevecht’, soms een ‘oorlog’. Maar ik weet inmiddels dat het momenten zijn en dat ook de momenten vol angst, verdriet, schaamte en pijn weer voorbij gaan. Voor mij is het nu zaak om door te blijven gaan op de ingeslagen weg. Dan kom ik er wel.

